Is jouw kraan kapot? Of lekt er telkens water langsheen? Dan doe je er goed aan de kraan te vervangen. Veel mensen denken dat dit een makkelijke opgave is. Een toiletkraan vervangen is bijvoorbeeld ook niet bepaald lastig. Je hebt hier immers alleen maar te maken met een toevoer voor koud water. Het wordt al een stuk lastiger wanneer jij de keukenkraan of een kraan in de badkamer moet vervangen. Je krijgt dan te maken met zowel warm als koud water. Wil jij je kraan vervangen zonder tussenkomst van een loodgieter in Hengelo? Lees dan vooral verder! In onderstaande tekst vertellen wij waar je rekening mee moet houden bij het vervangen van een kraan.
Sluit de watertoevoer af
Voordat je begint met het vervangen van de kraan, moet je altijd de watertoevoer afsluiten. Doe je dit niet? Dan kan er behoorlijk wat waterschade ontstaan. Bij sommige kranen kun je de watertoevoer vanaf zekere hoogte afsluiten. Dit is bijvoorbeeld bij een toiletkraan het geval. Wanneer jij de kraan in je keuken of badkamer gaat vervangen, doe je er echter goed aan de hoofdtoevoer af te sluiten. Deze vind je doorgaans in de meterkast. Vergeet niet het resterende water even uit de leidingen te laten lopen
Oude kraan demonteren
Voordat je de oude kraan kunt demonteren, moet je eerst de moeren van de oude slang of leiding losdraaien. Vervolgens is het zaak om de sifon en de aansluitende leiding te ontkoppelen. Gelukt? Verwijder dan de wastafelplug. Waarom je dit moet doen? Omdat je op deze manier genoeg ruimte hebt om de kraan te vervangen. Anders zitten de leidingen constant in de weg en dat werkt niet makkelijk. Wanneer je dit gedaan hebt, kun je de oude kraan verwijderen.
Nieuwe kraan plaatsen
Bij het aanschaffen van een vervangende kraan is het belangrijk dat je zeker weet dat de kraan in de wastafel of gootsteen past. Koop dus nooit lukraak een nieuwe kraan. Past de kraan inderdaad? Dan kun je beginnen met het plaatsen. Voer eerst de slang(en) door de opening en draai de kraan vervolgens vast. Nu is het tijd om de nieuwe kraan aan te sluiten op het leidingnetwerk. Zorg ervoor dat je alles goed vastdraait. Vervolgens monteer je de wastafelplug, de sifon en de verbindende leiding weer. Gelukt? Zet de kraan dan open en kijk altijd even of er geen sprake is van een lekkage.